
Imkerij volgens het wezen van de bij
In de biodynamische imkerij wordt de bijenkolonie gezien als één superorganisme, als één dier, als één ondeelbaar wezen dat bestaat uit soms wel 60.000 bijen. Dit bijenvolk wordt een ‘imme’ genoemd vanwaar het woord ‘imker’ is afgeleid. Als je bedenkt dat haalbijen in een straal tot drie kilometer bloemen bezoeken dan is de imme in de zomer ineens het grootste landbouwhuisdier dat in totale symbiose leeft met haar omringende landschap. Je kan zelfs zeggen: de bij is haar omgeving! Maar dat maakt haar tegelijkertijd heel kwetsbaar. Ze bezwijkt door verstoringen in haar natuurlijke leefomgeving: monoculturen, kunstmest, herbiciden, neonicotinoïden, mannelijk steriele gewassen zonder stuifmeel, GMO’s en elektromagnetische straling. De bijen geven een duidelijk signaal, als de kanarie in een kolenmijn. De imme houdt ons immers een spiegel voor.
De manier van imkeren is de laatste honderd jaar steeds kunstmatiger geworden, met de nadruk op honingmaximalisatie. Ruim 100 jaar geleden, voor de introductie van de bijenkast, werd er geïmkerd in korven en was honing nog een bijzonder en schaars product. Voor hoge honingopbrengsten wordt in het leven van de imme drastisch ingrepen behalve in de biodynamische imkerij!
- Bijen dienen de winter te overleven op arm suikerwater omdat alle honing wordt weggenomen (gangbaar en bio). In de BD-imkerij wordt nog voldoende honing overgelaten zodat de bijen de winter doorkomen op waardevol voer.
- Zwermverhindering door het afknippen van de vleugels van de koningin (gangbaar) en het verwijderen van de zwermdoppen die normaal nieuwe koninginnen zouden bevatten (bio). In de BD-imkerij ziet men het zwermen, de geboorte van een bijenvolk, als een wezenlijke eigenschap en neemt een belangrijke plaats in. Het wordt zorgvuldig begeleid.
- Voorgevormde wasplaten (gangbaar en bio). In de BD imkerij maken de bijen nog zelf de raten wat een invloed heeft op de kwaliteit van de honing.
- De BD-imker voelt zich verantwoordelijk voor het voedselaanbod rond de kasten.
- De bijenwoning is van stro (rogge- of bunt) en/of van ongelijmd hout. Geen of zo min mogelijk metalen delen in de kast. Ook geen gelijmde multiplex kasten.
- Er is een respectvol contact van imker tot imme. Een imker die niet overgevoelig is voor bijensteken werkt met blote handen in de bijen.
In het biodynamisch imkeren wordt dus niet geïmkerd voor de honing maar voor het voortbestaan van de bij. Deze maatregelen kosten veel honing. Voor de imker blijft er dan niet veel meer over. Daarbij moet ook de bij hard werken: om een potje honing te vullen zijn ontelbare bezoeken aan bloemen nodig in wel 12.500 vluchten. En er zijn veel bloemen nodig: heel veel verschillende bloemen! Je zou kunnen zeggen dat je met de smaak van de honing het bloeiende landschap proeft. Bijen maken daarmee een ‘afdruk’ van de omgeving. Als de natuurlijke omgeving en het landschap in evenwicht is, de aarde krachtig en gezond, dan hebben we letterlijk zicht op het land van ‘melk en honing’.